Mensen met een verstandelijke of meervoudige beperking ervaren vaker pijn dan anderen, maar uiten dit vaak op een andere manier. Doordat hun gedrag soms atypisch is, is een uiting van pijn lastig te onderscheiden van stress, angst of andere emoties. Pijn blijft hierdoor vaker onopgemerkt, met het risico op ondersignalering of onderbehandeling.
De nieuwe richtlijn van SKILZ, 'Pijn bij mensen met een verstandelijke beperking' is daarom in het leven geroepen. De richtlijn biedt zorgprofessionals concrete handvatten voor het herkennen, diagnosticeren en behandelen van pijn bij deze doelgroep.
De nieuwe richtlijn biedt handvatten en verdieping op vier kernthema's: methodisch werken en samenwerking tussen professionals, het signaleren van pijn aan de hand van specifieke uitingen, diagnostiek en behandeling van (sub)acute en chronische pijn, en de organisatie van zorg met randvoorwaarden en aanbevelingen voor zorgorganisaties.
Praktische toepassing
De richtlijn is speciaal ontwikkeld voor professionals die werken met volwassenen met een verstandelijke beperking, waaronder begeleiders, verpleegkundigen, gedragsdeskundigen, fysiotherapeuten, ergotherapeuten en artsen VG. Ook professionals die incidenteel met deze doelgroep werken, vinden er waardevolle handvatten.
Interdisciplinaire ontwikkeling
De richtlijn is tot stand gekomen in samenwerking met NVFVG, Ergotherapie Nederland, NVAVG, V&VN, BPSW, NVO, de Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen en PijnZorg Onbeperkt (PZO). Deze brede samenwerking garandeert dat de richtlijn aansluit bij de dagelijkse praktijk van verschillende disciplines.
De volledige richtlijn is beschikbaar via https://www.richtlijnenlangdurigezorg.nl/richtlijnen/pijn-bij-mensen-met-een-verstandelijke-beperking/overzicht-van-aanbevelingen/methodisch-werken-bij-pijn.


























